Nieuwe basispensioenregeling
Type pensioenregeling | Solidaire premieregeling |
Toetredingsleeftijd | 18 jaar |
Pensioenrichtleeftijd | De pensioenrichtleeftijd is de eerste dag van de maand waarin de deelnemer 68 jaar wordt. De (voormalig) werknemer kan ervoor kiezen om eerder of later met pensioen te gaan. |
Verplichtstelling | De basisregeling is een verplichtgestelde pensioenregeling voor werkgevers binnen de werkingssfeer van PME. De werknemers in de metaal- en techindustrie bouwen in deze pensioenregeling pensioen op, met uitzondering van werknemers van vrijgestelde werkgevers. |
Einde pensioenopbouw | De pensioenopbouw eindigt uiterlijk op de AOW-datum. |
Pensioengevend salaris | Het pensioengevend salaris is het in dat kalenderjaar vaste jaarsalaris van de werknemer, zoals dat geldt op 1 januari, inclusief (een x-deel) van de ploegendiensttoeslag (volgens de overgangsregeling ploegendiensttoeslag). Tot het vaste jaarsalaris behoren de volgende salarisbestanddelen:
Overgangsregeling ploegendiensttoeslag: Sociale partners hebben afgesproken dat je voortaan ook over de ploegendiensttoeslag pensioen opbouwt. Hiervoor komt een overgangsregeling. Jaar 1 (2027): 1/5 van de cao-ploegendiensttoeslag Jaar 2 (2028): 2/5 van de cao-ploegendiensttoeslag Jaar 3 (2029): 3/5 van de cao-ploegendiensttoeslag Jaar 4 (2030): 4/5 van de cao-ploegendiensttoeslag Vanaf jaar 5 (2031): 5/5 van de cao-ploegendiensttoeslag Op dit moment is de overeengekomen cao-ploegendiensttoeslag 13,3 procent bij een tweeploegendienst en 15,0 procent bij een drie- of meerploegendienst. Je bouwt pensioen op over maximaal deze percentages. Bouw je nu al pensioen op over de ploegendiensttoeslag? Dan blijft dat zo. |
Pensioengrondslag basisregeling | De pensioengrondslag is gelijk aan het pensioengevend salaris, verminderd met de franchise. De pensioengrondslag kan niet lager dan nul zijn. |
Franchise | 17.545 euro (2024) De franchise wordt jaarlijks aangepast en is tenminste gelijk aan 100/75 van de AOW-uitkering voor een gehuwde in dat jaar. |
Maximum pensioengevend salaris | 89.382 euro (2024) De salarisgrens wordt jaarlijks per 1 januari aangepast met de voor dat jaar geldende Loonindex Techniek (gemiddelde van de in de cao’s vastgelegde loonontwikkeling in de bedrijfstakken Metaal en Techniek en Metalektro gezamenlijk). |
Premie basisregeling | 27,98 procent van de pensioengrondslag De feitelijke pensioenpremie wordt voor een periode van 5 jaar vastgezet (tot en met oktober 2029), tenzij sociale partners anders besluiten. |
Werkgeversdeel premie | Tenminste 61,08 procent |
Pensioenkeuzes | De keuzes bij pensionering blijven bestaan:
|
Definitie partner | De definitie van een partner is gelijk aan de definitie in de Pensioenwet:
|
Definitie kind |
|
Levenslang partnerpensioen | Er wordt een levenslang partnerpensioen op risicobasis verzekerd ter grootte van 20% van het pensioengevend salaris behorend bij de basisregeling. Dit pensioen gaat in bij overlijden van de werknemer (dan wel ex-werknemer indien sprake is van verplichte of vrijwillige voortzetting van de risicodekkingen) en wordt levenslang aan de partner uitgekeerd. Na ingang kan het partnerpensioen één keer per jaar omhoog of omlaag (afhankelijk van de beleggingsresultaten). |
Tijdelijke uitkering partnerpensioen (overbruggings-partnerpensioen) | Naast het levenslange partnerpensioen krijgt de partner bij overlijden van de werknemer een tijdelijke uitkering van 5.000 euro bruto per jaar (bedrag 2027). Dit bedrag stijgt elk jaar mee met de lonen in de sector (cao Metalektro), onafhankelijk van het parttimepercentage. Het bedrag kan na ingang één keer per jaar omhoog of omlaag (afhankelijk van de beleggingsresultaten). Net als het levenslange partnerpensioen. De tijdelijke uitkering stopt zodra de partner de AOW-leeftijd bereikt. |
Wezenpensioen | Het wezenpensioen is op risicobasis verzekerd: 10 procent van het pensioengevend salaris in de basisregeling per kind. Dit pensioen gaat in bij overlijden van de werknemer en wordt tot leeftijd 25 aan de kinderen van de werknemer uitgekeerd. Het bedrag wordt verdubbeld als het kind helemaal geen ouders meer heeft. Het bedrag kan na ingang één keer per jaar omhoog of omlaag (afhankelijk van de beleggingsresultaten). Net als bij het levenslange partnerpensioen. |
Bijzonderheden | Partner- en wezenpensioen uit de huidige regelingBij de overstap op de nieuwe pensioenregeling wordt het al opgebouwde partnerpensioen omgezet naar een kapitaal voor pensioen (als onderdeel van de pensioenpot van de werknemer). Voor het wezenpensioen geldt dit niet: het bedrag aan al opgebouwd wezenpensioen blijft als dusdanig gereserveerd voor uw werknemer. Werknemer uit dienst, in de WW of ziektewet?Dan vervallen de risicodekkingen voor het partner- en wezenpensioen na 6 maanden. PME neemt de premie in die 6 maanden voor zijn rekening. Na de periode van 6 maanden kan de voormalig werknemer de verzekeringen vrijwillig voortzetten. De premie wordt betaald uit de eigen pensioenpot. |
Levenslang partnerpensioen | Het levenslang partnerpensioen bij overlijden na pensionering wordt gefinancierd uit de eigen pensioenpot van de voormalig werknemer. De partner ontvangt 50% van het ouderdomspensioen. Het bedrag kan na ingang één keer per jaar omhoog of omlaag (afhankelijk van de beleggingsresultaten). Net als het ouderdomspensioen. Bij pensionering kan de deelnemer kiezen voor een andere hoogte van het partnerpensioen (met toestemming van de eventuele partner). |
Premievrijstelling | Raakt uw werknemer arbeidsongeschikt? Dan blijft hij of zij pensioen opbouwen. PME betaalt hiervoor (een deel van) de premie. Dit is maximaal 70% van de spaarpremie (bestemd voor ouderdomspensioen en partnerpensioen na pensioendatum) en maximaal 100% van de risicopremies. Hoeveel PME betaalt, hangt af van de mate van arbeidsongeschiktheid. |
Risicodekking partner- en wezenpensioen | Komt uw werknemer tijdens de arbeidsongeschiktheid te overlijden? Ook in die situatie is er voor de partner en kinderen een partner- of wezenpensioen. |
Vrijstelling | Een werknemer die gemoedsbezwaren heeft tegen elke vorm van verzekering, kan vrijstelling krijgen van de verplichte deelname en premiebetaling aan het fonds. Wel is een spaarbijdrage verschuldigd die gelijk is aan de premie. De werkgever mag een deel van de spaarbijdrage op het salaris van de werknemer inhouden. |
Aanvullende regelingen
Tijdelijk extra partnerpensioen (Anw-hiaat) | De werknemer heeft de mogelijkheid om een aanvullende dekking af te sluiten voor de tijdelijke uitkering van het partnerpensioen. Gekozen kan worden voor 8.000 euro, 13.000 euro of 18.000 euro (bedragen 2027, voor zover niet fiscaal bovenmatig). Deze verzekerde bedragen groeien vóór ingang jaarlijks mee met de procentuele stijging van de loonontwikkeling van de cao Metalektro, onafhankelijk van het parttimepercentage van de werknemer. Het tijdelijk extra partnerpensioen gaat in bij overlijden van de werknemer en wordt uitgekeerd tot de AOW-leeftijd van de partner. Het bedrag kan na ingang één keer per jaar omhoog of omlaag (afhankelijk van de beleggingsresultaten). Net als bij de ‘gewone’ tijdelijke uitkering van 5.000 euro bruto. |
Vrijwillige voortzetting partner- en wezenpensioen | Bij uitdiensttreding kan de werknemer na een periode van 6 maanden de verzekeringen vrijwillig voortzetten. De premie wordt betaald uit de eigen pensioenpot. In de eerste 6 maanden wordt de verzekering nog geregeld door het pensioenfonds (ook bij WW en ziektewet). |
Vrijwillige voortzetting hele pensioenregeling | Uw voormalig werknemer kan (onder voorwaarden) voor eigen rekening de hele basisregeling vrijwillig voortzetten. Dit kan maximaal 10 jaar. |
Individueel bijsparen | Na de overstap op de nieuwe regels wordt onderzocht of er behoefte is aan een vrijwillige regeling voor individueel bijsparen (met extra premie-inleg tot het fiscale maximum). En worden de (kostenefficiënte) mogelijkheden voor zo’n regeling bekeken. |
Excedentregeling | De excedentregeling is net als de basisregeling een solidaire premieregeling. En kan collectief worden afgesloten voor werknemers met een pensioengevend salaris vanaf 89.382 euro (2024). Pensioenopbouw is mogelijk tot het fiscale maximum van 137.800 euro (2024). PremieU kiest zelf de bruto premie (voor alle leeftijden gelijk). Er geldt een minimum van 14 procent en een maximum van 28 procent van de pensioengrondslag. De pensioengrondslag is het pensioengevend salaris met een maximum tot 137.800 euro minus 89.382 euro. |
Optimaal Pensioen Inkoop | Na de overstap op de nieuwe pensioenregeling wordt onderzocht of er behoefte is aan deze collectieve aanvullende regeling voor extra pensioen. En worden de (kostenefficiënte) mogelijkheden voor zo’n regeling bekeken. |
Pensioenopbouw over variabel loon | De variabele loonbestanddelen met de eventueel daarover verleende vakantietoeslag behoren tot het pensioengevend salaris als dit is vastgelegd in een collectieve (aanvullende) pensioenovereenkomst. Om welke variabele loonbestanddelen het gaat, wordt bepaald door de collectieve pensioentoezegging van de werkgever aan (bepaalde groepen van) werknemers. |